Leerdoel | Opgaven waarbij dit aan bod komt |
6.1.1 Je kunt beschrijven hoe een mobiele telefoon informatie verzendt en ontvangt met behulp van elektromagnetische golven.
| - |
6.1.2 Je kunt drie kenmerken van elektromagnetische straling noemen en toelichten.
| §1: Opg 1,3,5,7,10 |
6.1.3 Je kunt berekeningen maken met golflengte, lichtsnelheid en frequentie.
| §1: Opg 2,4,5,6,9 |
6.1.4 Je kunt in het elektromagnetisch spectrum verschillende soorten elektromagnetische straling ordenen.
| §1: Opg 1,6,8,9 |
6.1.5 Je kunt de effecten beschrijven van ioniserende en niet-ioniserende straling.
| §1: Opg 1 |
6.1.6 Je kunt het deeltjeskarakter van elektromagnetische straling beschrijven en toelichten met behulp van de formule van Planck.
| Plusstof §1: Opg 11,12 |
6.2.1 Je kunt beschrijven hoe een positieve lens een evenwijdige lichtbundel breekt.
| §2: Opg 1,2,3 |
6.2.2 Je kunt het verschil toelichten tussen een scherpe en een onscherpe foto.
| §2: Opg 1,4,6,7 |
6.2.3 Je kunt de voorwerpsafstand en de beeldafstand in een tekening aanwijzen.
| §2: Opg 5,7,8 |
6.2.4 Je kunt beschrijven hoe de twee constructiestralen voor de lens en na de lens lopen.
| §2: Opg 6 |
6.2.5 Je kunt met behulp van de twee constructiestralen bepalen waar het beeld ontstaat.
| §2: Opg 5,6,7,8,9,10 |
6.2.6 Je kunt de lichtbreking door een lens uitleggen met de wet van Snellius en toelichten met berekeningen.
| Plusstof §2: Opg 11,12 |
6.3.1 Je kunt uitleggen wat er kan gebeuren als elektromagnetische straling op een voorwerp valt (drie mogelijkheden).
| §3: Opg 1 |
6.3.2 Je kunt beschrijven hoe een röntgenfoto wordt gemaakt.
| §3: Opg 1,2,3,4,5,6,8 |
6.3.3 Je kunt de gezondheidsrisico’s van röntgenstraling benoemen.
| §3: Opg 3,5,7,9 |
6.3.4 Je kunt uitleggen hoe de biologische schade van straling wordt aangegeven.
| §3: Opg 1,7,9 |
6.3.5 Je kunt de veiligheidsregels voor het werken met röntgenstraling noemen en toelichten.
| §3: Opg 8 |
6.3.6 Je kunt uitleggen hoe verschillende halveringsdikten van menselijke weefsels in medische beeldvorming worden gebruikt.
| Plusstof §3: Opg 10,11,12 |
6.4.1 Je kunt beschrijven wat wordt bedoeld met radioactiviteit en halfwaardetijd.
| §4: Opg 1 |
6.4.2 Je kunt de activiteit van een stof berekenen na N halfwaardetijden.
| §4: Opg 3 |
6.4.3 Je kunt de halveringstijd bepalen uit een grafiek van de activiteit tegen de tijd.
| - |
6.4.4 Je kunt drie soorten straling beschrijven die door radioactieve stoffen worden uitgezonden.
| §4: Opg 1 |
6.4.5 Je kunt van verschillende soorten straling het doordringend vermogen beschrijven.
| §4: Opg 2,4,6,9 |
6.4.6 Je kunt beschrijven hoe met gammastraling medisch onderzoek wordt uitgevoerd.
| §4: Opg 2,5 |
6.4.7 Je kunt het verschil tussen besmetting en bestraling uitleggen en toepassen.
| §4: Opg 7,8,9 |
6.4.8 Je kunt het verschil beschrijven tussen inwendig en uitwendig bestralen en aangeven wat de gezondheidseffecten hiervan zijn. | Plusstof §4: Opg 10,11,12 |