Warning: jsMath requires JavaScript to process the mathematics on this page.
If your browser supports JavaScript, be sure it is enabled.

HAVO

Domein A: Vaardigheden

SysNat Hst 1

Syllabus

Domein A. Vaardigheden

De vaardigheden zijn onderverdeeld in drie categorieën:

Subdomeinen A1 t/m A4: Algemene vaardigheden (profieloverstijgend niveau);

Subdomeinen A5 t/m A9: Natuurwetenschappelijke, wiskundige en technische vaardigheden (bètaprofielniveau);

Subdomeinen A10 t/m A15: Natuurkunde – specifieke vaardigheden.

De eerste categorie met algemene, profieloverstijgende vaardigheden worden in deze syllabus niet verder gespecificeerd. De specificaties van de subdomeinen A5 t/m A9 zijn afgestemd met de syllabuscommissies scheikunde en biologie.

Sommige vaardigheden of onderdelen daarvan zullen niet op het centraal examen getoetst worden. Omwille van de volledigheid, zijn deze vaardigheden wel in de syllabus opgenomen, maar cursief en grijs afgedrukt.

Subdomein A1. Informatievaardigheden gebruiken

Eindterm

De kandidaat kan doelgericht informatie zoeken, beoordelen, selecteren en verwerken.

Subdomein A2. Communiceren

Eindterm

De kandidaat kan adequaat schriftelijk, mondeling en digitaal in het publieke domein communiceren over onderwerpen uit het desbetreffende vakgebied.

Subdomein A3. Reflecteren op leren

Eindterm

De kandidaat kan bij het verwerven van vakkennis en vakvaardigheden reflecteren op eigen belangstelling, motivatie en leerproces.

Subdomein A4. Studie en beroep

Eindterm

De kandidaat kan aangeven op welke wijze natuurwetenschappelijke kennis in studie en beroep wordt gebruikt en kan mede op basis daarvan zijn belangstelling voor studies en beroepen onder woorden brengen.

Subdomein A5. Onderzoeken

Eindterm

De kandidaat kan in contexten instructies voor onderzoek op basis van vraagstellingen uitvoeren en conclusies trekken uit de onderzoeksresultaten. De kandidaat maakt daarbij gebruik van consistente redeneringen en relevante rekenkundige en wiskundige vaardigheden.

Specificatie

De kandidaat kan gebruik makend van consistente redeneringen en relevante rekenkundige en wiskundige vaardigheden:

  1. een natuurwetenschappelijk probleem herkennen;
  2. een natuurwetenschappelijk probleem herleiden tot een (of meer) onderzoeksvra(a)g(en);
  3. verbanden leggen tussen een onderzoeksvraag en natuurwetenschappelijke kennis;
  4. waar nodig een hypothese opstellen bij een onderzoeksvraag en verwachtingen formuleren;
  5. een werkplan maken voor het uitvoeren van een natuurwetenschappelijk onderzoek ter beantwoording van een (of meer) onderzoeksvra(a)g(en);
  6. voor de beantwoording van een onderzoeksvraag relevante waarnemingen verrichten en (meet)gegevens verzamelen;
  7. meetgegevens verwerken en presenteren op een wijze die helpt bij de beantwoording van een onderzoeksvraag;
  8. op grond van verzamelde gegevens van een uitgevoerd onderzoek conclusies trekken die aansluiten bij de onderzoeksvra(a)g(en) van het onderzoek;
  9. de uitvoering van een onderzoek en de conclusies evalueren, gebruik makend van de begrippen validiteit, nauwkeurigheid, reproduceerbaarheid en betrouwbaarheid;
  10. een natuurwetenschappelijk onderzoek presenteren.

Subdomein A6. Ontwerpen

Eindterm

De kandidaat kan in contexten op basis van een gesteld probleem een technisch ontwerp voorbereiden, uitvoeren, testen en evalueren en daarbij relevante begrippen, theorie en vaardigheden en valide en consistente redeneringen hanteren.

Specificatie

De kandidaat kan gebruik makend van relevante begrippen, theorie en vaardigheden en valide en consistente redeneringen:

  1. een technisch-ontwerpprobleem analyseren en beschrijven;
  2. voor een ontwerp een programma van eisen en wensen opstellen;
  3. verbanden leggen tussen natuurwetenschappelijke kennis en taken en eigenschappen van een ontwerp;
  4. verschillende (deel)uitwerkingen geven voor taken en eigenschappen van een ontwerp;
  5. een beargumenteerd ontwerpvoorstel doen voor een ontwerp, rekening houdend met het programma van eisen, prioriteiten en randvoorwaarden;
  6. een prototype van een ontwerp bouwen;
  7. een ontwerpproces en -product testen en evalueren, rekening houdend met het programma van eisen;
  8. voorstellen doen voor verbetering van een ontwerp;
  9. een ontwerpproces en -product presenteren.

Subdomein A7. Modelvorming

Eindterm

De kandidaat kan in contexten een probleem analyseren, een adequaat model selecteren, en modeluitkomsten genereren en interpreteren. De kandidaat maakt daarbij gebruik van consistente redeneringen en relevante rekenkundige en wiskundige vaardigheden.

Specificatie

De kandidaat kan gebruik makend van consistente redeneringen en relevante rekenkundige en wiskundige vaardigheden:

  1. relevante grootheden en relaties in een probleemsituatie identificeren en selecteren;
  2. door het doen van aannamen en het maken van vereenvoudigingen een natuurwetenschappelijk probleem inperken tot een onderzoekbare vraagstelling;
  3. bij een natuurwetenschappelijk probleem een model selecteren dat geschikt is om het probleem te bestuderen;
  4. een beargumenteerde schatting maken voor parameterwaarden van een model op basis van gegevens;
  5. toetsbare verwachtingen formuleren over het gedrag van een model;
  6. een model met een geschikte tijdstap doorrekenen;
  7. een model evalueren op basis van uitkomsten, verwachtingen en (meet)gegevens;
  8. een modelstudie presenteren.

Subdomein A8. Natuurwetenschappelijk instrumentarium

Eindterm

De kandidaat kan in contexten een voor de natuurwetenschappen relevant instrumentarium hanteren, waar nodig met aandacht voor risico’s en veiligheid; daarbij gaat het om instrumenten voor dataverzameling en -bewerking, vaktaal, vakconventies, symbolen, formuletaal en rekenkundige bewerkingenopm.

Specificatie

De kandidaat kan:

  1. informatie verwerven en selecteren uit schriftelijke, mondelinge en audiovisuele bronnen mede met behulp van ICT:
    • gegevens halen uit grafieken, tabellen, tekeningen, simulaties, schema’s en diagrammen;
    • grootheden, eenheden, symbolen, formules en gegevens opzoeken in geschikte tabellen;
  2. informatie, gegevens en meetresultaten analyseren, weergeven en structureren in grafieken, tekeningen, schema’s, diagrammen en tabellen mede met behulp van ICT;
  3. uitleggen wat bedoeld wordt met de significantie van meetwaarden en uitkomsten van berekeningen weergeven in het juiste aantal significante cijfers,
    • bij het optellen en aftrekken van meetwaarden wordt de uitkomst gegeven met evenveel decimalen als de gegeven meetwaarde met het kleinste aantal decimalen;
    • bij het delen en vermenigvuldigen wordt de uitkomst gegeven in evenveel significante cijfers als de gegeven meetwaarde met het kleinste aantal significante cijfers;
    • gehele getallen die verkregen zijn door discrete objecten te tellen, vallen niet onder de regels van significante cijfers (dit geldt ook voor mathematische constanten en geldbedragen);
  4. aangeven met welke technieken en apparaten de belangrijkste grootheden uit de natuurwetenschappen worden gemeten;
  5. verantwoord omgaan met materialen, instrumenten, organismen en milieu.

Subdomein A9. Waarderen en oordelen

Eindterm

De kandidaat kan in contexten een beargumenteerd oordeel geven over een situatie in de natuur of een technische toepassing, en daarin onderscheid maken tussen wetenschappelijke argumenten, normatieve maatschappelijke overwegingen en persoonlijke opvattingen.

Specificatie

De kandidaat kan:

  1. een beargumenteerd oordeel geven over een situatie waarin natuurwetenschappelijke kennis een belangrijke rol speelt, dan wel een beargumenteerde keuze maken tussen alternatieven bij vraagstukken van natuurwetenschappelijke aard;
  2. onderscheid maken tussen wetenschappelijke argumenten, normatieve maatschappelijke overwegingen en persoonlijke opvattingen;
  3. feiten met bronnen verantwoorden;
  4. de betrouwbaarheid beoordelen van informatie en de waarde daarvan vaststellen voor de beantwoording van het betreffende vraagstuk.

Subdomein A10. Kennisontwikkeling en -toepassing

Eindterm

De kandidaat kan in contexten analyseren op welke wijze natuurkundige en technologische kennis wordt ontwikkeld en toegepast.

Geen nadere specificatie

Subdomein A11. Technisch-instrumentele vaardigheden

Eindterm

De kandidaat kan op een verantwoorde wijze omgaan met voor de natuurkunde relevante materialen, instrumenten, apparaten en ICT-toepassingen.

Specificatie

De kandidaat kan:

  1. gebruik maken van kennis over materialen, meetinstrumenten en apparaten voor het uitvoeren van experimenten en technisch ontwerpen met betrekking tot de in de domeinen genoemde vakinhoud,
    • in elk geval de volgende materialen, meetinstrumenten en apparaten:
      • meetlint, maatglas, stopwatch en weegschaal;
      • stemvork, toongenerator, luidspreker, microfoon, oscilloscoop, GM-teller;
      • krachtmeter, hefboom, luchtkussenbaan, stroboscoop;
      • (vloeistof)thermometer, joulemeter, veer;
      • voedingsapparaat, regelbare weerstand;
  2. gebruik maken van kennis over ICT-toepassingen voor het uitvoeren van experimenten met betrekking tot de in de domeinen genoemde vakinhoud,
    • in elk geval de volgende toepassingen:
      • computer met sensoren, lichtpoortje;
      • videometen, meetprogrammatuur;
      • programmatuur voor het verwerken en analyseren van meetgegevens.

Subdomein A12. Rekenkundige en wiskundige vaardigheden

Eindterm

De kandidaat kan een aantal voor de natuurkunde relevante rekenkundige en wiskundige vaardigheden correct en geroutineerd toepassen bij voor de natuurkunde specifieke probleemsituaties.

Specificatie

De kandidaat kan:

  1. basisrekenvaardigheden uitvoeren,
    • rekenen met verhoudingen, procenten, breuken, machten en wortels;
    • de omtrek en de oppervlakte berekenen van een cirkel, een driehoek en een rechthoek;
    • het volume berekenen van een balk en een cilinder;
    • de oppervlakte en het volume berekenen van een bol.
  2. wiskundige technieken toepassen,
    • herleiden van formules;
    • redeneren met evenredigheden (recht, omgekeerd, kwadratisch, omgekeerd kwadratisch);
    • oplossen van lineaire en tweedegraads vergelijkingen;
    • toepassen van $$x^n$$;
    • in een rechthoekige driehoek met twee zijdes of met één zijde en één hoek gegeven, de overige zijdes en hoeken uitrekenen, gebruik makend van sinus, cosinus, tangens en de stelling van Pythagoras;
    • grafisch optellen en ontbinden van vectoren;
    • grafieken tekenen bij een meetserie;
    • functievoorschriften opstellen van lineaire verbanden;
    • grafieken tekenen met behulp van een functievoorschrift;
    • aflezen van diagrammen, waaronder diagrammen met asonderbrekingen;
    • interpoleren en extrapoleren in diagrammen en tabellen;
    • tekenen van de raaklijn aan een kromme en de steilheid bepalen;
    • de oppervlakte onder een grafiek bepalen;
  3. berekeningen uitvoeren met bekende grootheden en relaties en daarbij de juiste formules en eenheden hanteren,
    • formules zoals vermeld bij de vakinhoudelijke subdomeinen of gegeven in het examen;
    • substitueren van formules;
    • eenheden omrekenen, afleiden en controleren.

Subdomein A13. Vaktaal

Eindterm

De kandidaat kan de specifieke vaktaal en vakterminologie interpreteren en produceren, waaronder formuletaal, conventies en notaties.

Geen nadere specificatie (Zie A8)

Subdomein A14. Vakspecifiek gebruik van de computer

Eindterm

De kandidaat kan de computer gebruiken bij modelleren en visualiseren van verschijnselen en processen, en voor het verwerken van gegevens.

Geen nadere specificatie (Zie A8)

Subdomein A15. Kwantificeren en interpreteren

Eindterm

De kandidaat kan fysische grootheden kwantificeren en mathematische uitdrukkingen in verband brengen met relaties tussen fysische begrippen.

Specificatie

De kandidaat kan:

  1. gebruik maken van beredeneerde schattingen voor onbekende grootheden bij het oplossen van natuurkundige vraagstukken;
  2. vooraf de orde van grootte van een grootheid of uitkomst inschatten en achteraf beoordelen in hoeverre de uitkomst van een vraagstuk juist kan zijn;
  3. redeneren met natuurkundige verbanden.
Deze pagina is voor het laatst geupdate op 04-06-2020